Appeltaart

Het eerste bericht van mijn blog, dat moest toch ook echt een bak-recept zijn.
Ik doe niets liever dan in mijn pyjama een hele dag in mijn keuken te knoeien en uiteindelijk een zalig lekker eindresultaat uit mijn oventje te toveren.

(Waarna ik helaas de keuken moet opruimen en een hele stapel afwas moet tackelen, jakkes...)

Deze appeltaart kost helaas wel wat werk en wat afwas maar is echt de moeite waard! Denk lekker zachte, malse appelstukjes op een krokante, boterige bodem...jammie!

Ingredienten:

Voor de bodem
250gr bloem
100gr lichtbruine suiker (Kinnekes-suiker)
100gr boter
1 ei
1 eidooier
snuifje zout
1 eetlepel amandelpoeder

Voor het beslag
40gr boter
60gr suiker
2 eierdooiers
10gr maiszetmeel
4 Jonagold appels, in blokjes gesneden
Sap van halve citroen

How to:

Verwarm je oven op 180°C.

Voor de bodem voeg je alle ingredienten buiten het amandelpoeder samen met kneed je tot een soepel deeg ontstaat. Vervolgens laat je het deeg een half uur in plastic folie rusten in de koelkast.

Beboter een springvorm van 20cm en bestuif met bloem. Rol het deeg uit op een met bloem bestuifd werkblad. Leg het deeg voorzichtig in de bakvorm en zorg dat de zijnkant van de springvorm ongeveer tot de helft van de hoogte bekleed is met deeg. Maak je geen zorgen als het deeg breekt, dan bekleedt je de bakvorm met de stukjes deeg en duw je ze goed tegen elkaar aan. Bestrooi uiteindelijk de bodem van de taart met het amandelpoeder.

Snij de appels in blokjes, liefst niet te klein. Besprenkel met het citroensoep.

Voor het beslag smelt je de boter samen met de suiker in een steelpannetje. Haal van het vuur en laat kort afkoelen. Voeg de eierdooiers en het zetmeel toe en roer goed. Vervolgens giet je dit beslag over de appelstukjes. Stort het beslag uit in de bakvorm en bak de taart ongeveer 40  minuten in de oven tot de bovenstje appeltjes goudbruin zijn.

Laat de taart afkoelen in de bakvorm en bestrooi met bloemsuiker na ontvormen.
Smakelijk!